Arjan en Aartje Paas zijn sinds 2011 werkzaam als pilotengezin voor Mission Aviation Fellowship (MAF). Met hun gezin wonen en werken zij in Goroka, Papua New Guinea. Eerder dienden zij voor MAF in Australie, Oeganda, Zuid-Soedan en Liberia.

maandag 18 april 2016

Ebola en de gevolgen


Het is alweer april 2016. De tijd vliegt. Het is al bijna een jaar geleden dat er een einde kwam aan de grote Ebola epidemie in Liberia. Er zijn nog wel wat andere Ebola gevallen geweest na die tijd, maar dat bleef beperkt tot hooguit een handvol. Ook twee weken geleden hoorden we weer van een aantal nieuwe gevallen. Gelukkig bleef het daarbij; nu horen we niets meer. Ebola heeft een grote stempel achtergelaten op Liberia en nog steeds ontkom je niet aan de gevolgen daarvan. Nog steeds wordt het straatbeeld gesierd door grote en kleinere billboards met teksten zoals: ‘Geef Ebola geen kans’ of ‘Ebola is nog steeds aanwezig’ of ‘Pas op voor Ebola’. Veel winkels en kantoren hebben nog een emmer bij deur staan waar men geacht wordt de handen te wassen. Een aantal Ebola behandel centrums zijn afgebroken, maar bij ons op de campus/ compound is het Ebola centrum nog steeds ‘actief’. Klaar om in actie te komen, mocht er weer een Ebolageval opduiken. 
Ondanks de waarschuwing om 'bush meat' te vermijden wordt nog dagelijks vlees uit het oerwoud langs de weg verkocht..... Ebola wordt schijnbaar voornamelijk verspreid door apen en vleermuizen, maar toch...





Mensen praten er ook nog veel over en dan met name de expats (de westerlingen/ blanken) die hier tijdens de Ebola-uitbraak gewerkt of gewoond hebben. Veel mensen, blank of zwart, hebben een trauma en verscheidene organisaties bieden hulp aan om de mensen hun trauma te verwerken.
Pas geleden was ik in Foya, in het noorden van Liberia. Ik had een team van One Body One Hope naar Foya gevlogen en in de middag vlogen we weer terug naar Monrovia. Dit team is betrokken bij een weeshuis in deze stad. Dit weeshuis is vorig jaar gestart en de wezen zijn allemaal Ebola-wezen. Hun ouders zijn overleden als gevolg van de Ebola. Op dit moment biedt het weeshuis onderdak aan 32 weesjes, maar als ze de mogelijkheden hadden konden ze gemakkelijk nog 100 andere Ebola wezen helpen. Waar die 100 wezen nu zijn, weet ik niet, maar gemakkelijk zullen ze het niet hebben.
Het is goed om te zien dat deze 32 kinderen een goed dak boven hun hoofd hebben, eten krijgen, elke dag naar school kunnen en een goede christelijke opvoeding krijgen. Elk van de kinderen wordt gesponsord door een familie in de USA. De kinderen hebben het goed vergeleken met andere kinderen, maar nog steeds moeten ze nog zoveel missen. De kinderen slapen met 9 op een kamer; 3 per matras. Geen bedden, geen kast. Je merkt dat ze veel aandacht moeten missen. Graag willen ze even op schoot zitten of een aai over hun hoofd.
Het team dat ik vandaag vlieg komt uit de USA en heeft cadeautjes meegenomen voor de kinderen. Dolblij zijn ze met een klein autootje, een knuffel of een stuiterbal. Ook het snoep wordt gretig naar binnen gewerkt
Een aantal weken geleden ben ik met een ander team van dezelfde organisatie naar een Ebola begraafplaats gegaan in dezelde plaats Foya. Indrukwekkend om te zien. Samaritan’s Purse, een andere hulp-organisatie, heeft deze begraafplaats zojuist opgeknapt. Voor die tijd stond op elk graf een simpel houten kruis en was de begraafplaats helemaal overgroeid met metershoog gras en struiken (en dat na minder dan een jaar; het oerwoud groeit snel). Nu is elk graf voorzien van een steen met een naam daarin gebeiteld. Er wordt mij verteld er in de meeste graven meer dan 1 persoon begraven is. Hun naam wordt niet vermeld op de steen en is onbekend. God alleen kent hun naam. Op een steen staat ‘Baby – one day old’. Woorden schieten tekort.

  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten